Goed en genoeg ventileren

Een mens ademt dagelijks circa 23.000 keer en beweegt daarbij ongeveer 12 m3 lucht en geeft per uur gemiddeld 60 gram waterdamp af. Deze lucht komt in onze gebouwen terecht en ventilatie van de gebouwlucht is dus erg belangrijk.

De belangrijkste functies van ventilatie zijn:

  • Voldoende toevoer van zuurstof
  • Afvoer van schadelijke stoffen
  • Afvoeren van vocht

Goede ventilatie is dus belangrijk voor een gezond binnenklimaat. Gezonde frisse binnenlucht is mogelijk als er voldoende geventileerd wordt met verse buitenlucht. Dat geldt vooral omdat gebouwen steeds luchtdichter worden gebouwd. In het verleden werd daar niet zo op gelet, want door kieren in de oude gebouwen komt er vaak al voldoende verse lucht naar binnen. Maar er wordt dan veel warme lucht verspilt en het is vaak niet comfortabel. Vandaar dat er tegenwoordig zoveel aandacht is voor luchtdichting en daarmee voor ventilatie.

Hoe kunnen we goed ventileren? Zoveel als nodig om gezond te leven en zo min mogelijk om geen energie te verspillen. Er is waarschijnlijk niet dé oplossing en de beste ventilatie verschilt per situatie en hangt af van de discipline van de gebruikers. Toch lijken we bijna niet te ontkomen aan enige mechanische hulp bij ventilatie.

Vadim Babenko via Unsplash

Soorten ventilatie

We kunnen de volgende typen ventilatie onderscheiden:

  • Vrije of natuurlijke ventilatie
    • roosters in gevel of boven glas
    • ramen op kierstand
    • stootventilatie (kort volledig open ramen/deuren)
  • Mechanische ventilatie
    • toevoer door roosters en afzuiging via mechanische ventilator
    • toevoer en afvoer via een decentrale warmtewisselaar
    • toevoer en afvoer door buizen via een warmtewisselaar

Bij mechanische ventilatie wordt de lucht met een ventilator afgezogen en/of toegevoerd. De huidige mechanische ventilatiesystemen verwarmen de toegevoerde koude buitenlucht met de afgezogen binnenlucht. Het is dus verse buitenlucht die wordt opgewarmd. Zo’n systeem heet een warmte-terug-win ventilatie systeem (wtw). Het voordeel van een wtw-systeem is dat er minimaal energieverlies is en hoog comfort. Ook kan geluidsoverlast van buiten worden voorkomen en de buitenlucht desgewenst worden gefilterd. Nadeel is dat er continu een apparaat je gebouw moet verversen, soms kan dit storend geruis geven en je moet regelmatig de filters schoonmaken of vervangen.

Je kunt ook natuurlijk ventileren met roosters of open ramen. Voordeel is dat je niet afhankelijk bent van een apparaat voor frisse lucht. Nadeel is dat het veel energie kan kosten en je last van tocht kunt hebben.

Natuurlijk ventileren

Veel mensen geven gevoelsmatig de voorkeur aan natuurlijk te ventileren. Je hebt alles dan zelf in de hand en bent niet afhankelijk van een apparaat. Daarin schuilt echter ook een gevaar. Als je vergeten bent om goed te ventileren of als het buiten heel koud is, heb je ook verse lucht nodig! Natuurlijk ventileren valt of staat dus met een ijzeren discipline. In het verleden was dat nooit een probleem, vanwege kieren in onze gebouwen, maar bij de huidige luchtdichte gebouwen is niet structureel (natuurlijk) ventileren slecht voor onze gezondheid.

Ventileren met alleen roosters in de kozijnen voldoet in enkele specifieke gevallen, maar het kost veel energie. Dat zou je mogelijk kunnen beperken door bijvoorbeeld je slaapkamer niet te verwarmen en te isoleren ten opzichte van je woonruimte. En het rooster mag dus niet dicht gezet worden als het buiten koud is!

Stootventilatie
Stootventilatie is een mogelijke oplossing. Als er een paar minuten per dag deuren of ramen tegenover elkaar worden open gezet, kun je de hele
inhoud van je woning verversen terwijl het warmteverlies minimaal is. In het onderstaande Duitse filmpje is dit goed te zien. Nogmaals, ook stootventilatie moet dan wel elke dag gebeuren als je aanwezig bent.

Tussenoplossing: natuurlijk verse lucht toevoeren, mechanisch afzuigen
Een tussenoplossing kan zijn om via roosters verse lucht toe te voeren en deze mechanisch af te zuigen via een warmtepomp. De warme binnenlucht wordt dan hergebruikt voor bijvoorbeeld warm water. Er zal dan wel comfortverlies door tocht kunnen ontstaan als het buiten koud is, maar het energieverlies wordt hiermee enigszins beperkt.

Bouwbiologie en bouwbesluit

De vuistregel vanuit de Duitse Bouwbiologie zegt dat per persoon 30-60 m3 per uur lucht verse lucht nodig is. Het bouwbesluit in Nederland, waar de meeste woningen aan voldoen, geeft de ventilatiecapaciteit per m2 aan. Als we bijvoorbeeld een tweepersoons slaapkamer van 3×4 m1 zouden nemen, komt dat neer op 38 m3 per uur dus ongeveer 19 m3 per persoon. Voor één persoon zou de slaapkamer dus nèt voldoen, maar voor twee personen niet. De slaapkamer voldoet wel aan het bouwbesluit, maar niet aan de minimale waarden vanuit gezond bouwen.

Ervaring leert: we ventileren echt te weinig!

Een ander aspect uit de praktijk is dat het bouwbesluit de capaciteit van het ventilatiesysteem beschrijft en niet het gebruik. De capaciteit wordt vaak berekend op basis van een ventilatiesysteem die in de hoogste stand staat. Echter, meestal staat de mechanische ventilatie niet op de hoogste stand 3, maar op stand 1 wat neerkomt op circa 40% (dus in het voorbeeld ruim 7 m3 per uur). In de praktijk ventileren we in een nieuwbouw woning in Nederland dus regelmatig minder dan 25% van de geadviseerde hoeveelheid volgens de bouwbiologie. Geen wonder dat er problemen zijn! Het is dus belangrijk om een ventilatiesysteem groter uit te voeren dan minimaal nodig volgens het bouwbesluit. De geluidsoverlast van het systeem wordt daarmee minder en de kans op te weinig ventilatie wordt daarmee verkleint.

Berekening grenswaarde stootventilatie

De hoeveelheid CO2 in lucht wordt uitgedrukt in ppm (parts per million). Volgens de richtlijnen vanuit de overheid geldt een grenswaarde van 1200 ppm CO2. Geadviseerd wordt 1000 ppm. De strengere eis van de bouwbiologie gaat uit van maximaal 600 ppm als optimaal, maar tussen 600 en 1000 ppm wordt geaccepteerd.

Omgerekend per persoon in rust wordt er per 2,28 minuut 1 m3 lucht verbruikt om tot de grenswaarde van 1000 ppm te komen. Bij een luchtdichte woning van 500 m3 kan 1 persoon dus 2,28×500 = 1140 minuten (19 uur) verblijven, voordat een limiet van 1000 ppm CO2 wordt bereikt. Daarna zou de inhoud van de woning dus weer volledig ververst moeten worden. Bij een gezin van 4 personen komt dat neer op 4 uur en 45 min. In dat geval is ventilatie door middel van eenmalige stootventilatie per nacht dus al niet meer mogelijk.