Wat is duurzaamheid?

Duurzaamheid gaat om het voorzien in de behoeften van de huidige generatie, zonder die van toekomstige generaties in gevaar te brengen. Duurzaamheid gaat eigenlijk om de volgende drie vragen:

  • Geeft het afval?
    Hierbij gaat het om fysiek afval, maar bijvoorbeeld ook over plastic soep in de oceanen en CO2 vervuiling in de atmosfeer.
  • Raakt het op?
    Deze vraag gaat over grondstoffen voor producten die opraken, maar ook over fossiele brandstoffen die schaars worden.
  • Is het eerlijk?
    De derde en laatste vraag gaat over sociale duurzaamheid. Is het wel eerlijk tegenover anderen als we onze goedkope producten uit lage lonen landen halen en laten produceren door kinderarbeid?

Wat moeten we veranderen?

Duurzaamheid gaat over twee onderwerpen: mens en milieu

De duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties hebben 17 ontwikkelingsdoelen (SDE's) opgesteld. De meeste daarvan gaan over mensen. Sociale duurzaamheid is dus een heel belangrijk onderdeel van duurzaamheid. Alleen door samen te werken kunnen we de wereld duurzaam maken.

Het andere deel gaat over milieu. Dat gaat over ecosystemen:

  • economisch
  • ecologisch
  • eco-effectief

De eerste stap is dat we economisch moeten omgaan met grondstoffen. Synoniem voor economisch is spaarzaam. We moeten dus minder gebruiken, want wat je niet gebruikt kost ook geen energie of grondstoffen en levert geen afval op. Dat moet altijd de eerste stap zijn. Vervolgens is het goed om hernieuwbare grondstoffen en energie te gebruiken. Dat zijn natuurlijke energiebronnen zoals wind, water en zon en dat zijn natuurlijke grondstoffen. Tenslotte moeten we afval weer als grondstoffen hergebruiken.

Bovenstaande drie stappen zijn vergelijkbaar aan de Trias Energetica. De decennia oude theorie om energie te besparen. De eerste stap is goed isoleren. De tweede stap is hernieuwbare energie gebruiken en de laatste stap is om fossiele brandstof zo goed mogelijk in te zetten. Op milieu gebied kun je het dus ook de Trias Ecologica noemen. Logisch toch?

Verschil tussen biobased en ecologisch bouwen

Biobased betekent gebaseerd op de natuur. Biobased materialen zijn gemaakt uit grondstoffen die uit de natuur komen. Deze producten kunnen niet per definitie terugkeren in de natuur. Het kan wel, maar hoeft niet. Een composiet materiaal uit natuurlijke materialen is mogelijk niet meer biologisch afbreekbaar. De grondstoffen zijn dus wel biobased, maar het product zelf wordt een afvalproduct.

Ecologisch betekent dat het in overeenstemming is met natuurlijke kringlopen. Het product is natuurlijk, maar kan ook weer in de natuur opgenomen worden. Bij ecologisch bouwen staan de ecologische effecten van het hele bouwproces centraal. Het gaat om winning, productie, gebruik en sloop. Het mag geen negatieve gevolgen voor planten en dieren hebben.

Een ecologisch product is dus wel biobased, maar een biobased product is niet altijd ecologisch.

Circulair bouwen

Circulariteit gaat over kringlopen. Er kan onderscheid worden gemaakt uit natuurlijke kringlopen en technische kringlopen.

Bij natuurlijke kringlopen komen grondstoffen uit de natuur en kunnen aan het einde van de levensloop ook weer opgenomen worden in natuurlijke kringlopen. Ecologisch dus.

Technische kringlopen gaan over niet afbreekbare biobased producten of synthetisch producten, die niet in de natuurlijke kringloop kunnen worden opgenomen. Om te voorkomen dat het afval wordt en grondstoffen opraken is het belangrijk dat producten of grondstoffen opnieuw gebruikt gaan worden.

Vaak wordt recycling gezien als circulair. Dat is echter pas één van de laatste stappen van de technische kringloop. Het kost immers veel meer energie om producten te recyclen, dan om het product of een deel ervan op zichzelf weer opnieuw te gebruiken.